Juli 2019 - Zomer is het seizoen van de zwaluwen. Zelfs zozeer dat er een spreekwoord bestaat: één zwaluw maakt nog geen zomer. Dit is dus het beste seizoen om zwaluwen te spotten. Ga de uitdaging aan en probeer tijdens een fiets- of wandeltocht de vier zwaluwsoorten van Waterland te ontdekken: gierzwaluw, boerenzwaluw, huiszwaluw en oeverzwaluw. Allemaal scheren ze door de lucht, allemaal hebben ze een donkere bovenkant met een lichte buik, en allemaal hebben ze een vorkstaart.  Dus hoe houd je ze in hemelsnaam uit elkaar? Dat lees je in deze blogpost.

 

Geoefende vogelaars zien in één oogopslag met welke zwaluw ze te maken hebben. Eigenlijk hoeven ze niet eens te kijken: aan het geluid hebben ze genoeg. Maar als een overvliegende zwaluw toevallig net even stil is, letten vogelaars slechts op twee kenmerken: silhouet en tekening. Silhouet is de ‘omtrek’ van de vogel en ‘tekening’ is het patroon op het verendek. Gierzwaluw en boerenzwaluw houd je op silhouet uit elkaar, en huiszwaluw en oeverzwaluw op tekening.

Boerenzwaluw

Gierzwaluw 

Het silhouet van de gierzwaluw is onmiskenbaar: halfrond en sikkelvorming, zoals de maan in haar allerlaatste gestalte. In vlucht lijkt het alsof gierzwaluwen maar één vleugel hebben, als een boemerang, maar dan ronder. 

Ondanks hun minieme vleugelslag zijn het ware luchtacrobaten: als trapezeartiesten achtervolgen ze elkaar, alsof ze tikkertje spelen. Daarbij zijn ze zeer luidruchtig: ze snerpen srie – srie – srie, het bekende ‘gieren’ waaraan ze hun naam danken. Het is heerlijk om in het gras te liggen en ze met je ogen te volgen. In het Engels heet de gierzwaluw swift, ‘gezwind’, en dat zijn ze dan ook: razendsnel.  

Boerenzwaluw

Het opvallendste aan het silhouet van de boerenzwaluw is de diepe, lange vorkstaart. De vork is zo diep en de staart zo lang dat het eerder lijkt alsof hij twee sprietjes aan zijn achterkant heeft hangen. Heel anders dan de gierzwaluw, die een kort staartje heeft met alleen een ondiepe inkeping. 

Ook het vlieggedrag van de boerenzwaluw is anders dan dat van de gierzwaluw: de gierzwaluw is meer stealth, terwijl de boerenzwaluw meer iets heeft van een vlinder of – excuses voor deze vergelijking – een Joint Fight Striker. Als de boerenzwaluw op insecten jaagt, spreidt hij zijn staart en steekt hij zijn vleugels schuin omhoog, net als de twee staartvinnen achterop de F35. En de boerenzwaluw is even wendbaar. Als je zijn ‘driehoekige’, vlinderige silhouet eenmaal herkent, heb je de tekening eigenlijk niet meer nodig voor de identificatie. De Franse naam voor zwaluw lijkt speciaal voor hem gemaakt: hirondelle. Sierlijk en vlinderachtig.

Huiszwaluw

De huiszwaluw is het vriendelijke broertje van de boerenzwaluw. In het Engels heet hij martin, en dat vind ik een passende naam: hij is beschaafd en strak, op het formele af. Heel anders dan die bohemienachtige boerenzwaluw met zijn lange flamboyante staart.

De huiszwaluw is kleiner en minder uitgesproken, maar hij heeft één kenmerk dat de aandacht trekt, ook in vlucht, en dat is zijn witte stuit. Dat witte stukje onderaan zijn rug zie je natuurlijk niet als je recht van onderen kijkt, maar je ziet het oplichten wanneer hij zijn wendt en keert. Verder is de huiszwaluw recht door zee: van boven donkerblauw, van onderen wit. Geen streepjes, geen banden, geen gekkigheid. 

De vier zwaluwen van Waterland, getekend door Anne Sanderling op basis van de ANWB Vogelgids van Europa.

Oeverzwaluw

En als je ze dan kent, de drie meest voorkomende zwaluwen van Waterland, dan komt er een moment dat je denkt: hee, een zwaluw! Je ziet de korte staart, je ziet de bescheiden uitvoering en je denkt: dat moet onze martinzijn, de kleine, strakke, degelijke huiszwaluw. Maar je ziet er iets aan. Je weet niet wat. Je kijkt nog eens goed, en dan merk je drie dingen op: (1) dit exemplaar heeft geen witte stuit, (2) over zijn borst loopt een donkere band en (3) hij is lichter van kleur. Dit, dames en heren, is martina, het kleine, onopvallende zusje van de huiszwaluw. Met haar mooie modderkleur is het net assepoester, en ze is net zo’n harde werkster. Ook in Waterland komt ze voor, vooral bij modderige plassen en zanderige oevers. Je kunt haar bijvoorbeeld zien aan het Dijkeinde in Zuiderwoude, vlak bij de Zeedijk. 

Naar Afrika

Wees er snel bij als je alle vier de zwaluwsoorten deze zomer nog wilt spotten, want halverwege augustus vertrekken de gierzwaluwen alweer naar Afrika. En dan moeten we weer een lange winter wachten voordat we weer van ze kunnen genieten.

Anne Sanderling