23 maart 2014 – De Stichting Behoud Waterland is voor verduurzaming van onze energievoorziening. Ook onze regio moet daaraan bijdragen. Maar dat moet wel op de goede plek gebeuren. Over twee kwesties heeft de SBW de afgelopen week haar mening gegeven.


De eerste kwestie betreft het plan van een ondernemer om een park met zonnepanelen in Purmerend  aan te leggen. De tweede kwestie gaat over het beleid van de provincie Noord-Holland inzake de plaatsing en sanering van windmolens op land.

Zonnepark
De Alleco Energy Group, een bedrijf van Volendammer Gerrit Tol, wil in Purmerend een park met 24.000 zonnepanelen aanleggen: Solar Campus. Daarmee kan jaarlijks zo’n 5.000 MWh duurzame stroom worden opgewekt. Dat is genoeg om 1.500 huishoudens van stroom te voorzien en leidt tot 5.000 ton minder CO2-uitstoot per jaar. De bedoeling is dat omwonenden financieel gaan meedoen in het project, ze kunnen mede-eigenaar van de panelen worden.
De Alleco Group heeft ruim 8 hectare nodig om die zonnepanelen te plaatsen en heeft de gemeente Purmerend gevraagd of ze een plek kan krijgen op bedrijventerrein Baanstee-Noord.
Het college van burgemeester en wethouders heeft in februari officieel laten weten positief te staan tegenover het initiatief en de ondernemer grond aangeboden op het nog niet bouwrijp gemaakte deel van Baanstee-Noord. Dat laatste is de SBW en de Stichting Baanstee-Noord Nee! (BNN!) in het verkeerde keelgat geschoten.

Goede plek
Beide stichtingen zijn vóór duurzame energie en juichen initiatieven als Solar Campus toe. Maar beide stichtingen zijn ook voor behoud van natuur en landschap en willen niet dat die onnodig bebouwd worden. Daarom pleiten zij ervoor dat Solar Campus een plek krijgt op het al bouwrijp gemaakte deel van Baanstee-Noord en niet op het nog groene noordwestelijke deel van het terrein. Dat laatste is nog mooie open polder en het leefgebied van de steen- en kerkuil.
Het nu al bouwrijpe deel van Baanstee-Noord (zo’n 80 hectare) is nog lang niet vol, er is pas één bedrijf gevestigd. Gezien de economische crisis en de geringe belangstelling van bedrijven om zich op Baanstee-Noord te vestigen, kan dat nog het nog wel tien of twintig jaar duren voordat die 80 hectare  vol is. Geen enkele reden dus om het nog groene noordwestelijke deel van het bedrijventerrein (zo’n 40 hectare) nu al om te ploegen.
De SBW en BNN! hebben hun standpunt verwoord in een pamflet en dat naar voren gebracht tijdens de campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen van 19 maart. Hopelijk nemen de nieuw gekozen raadsleden dat standpunt over.
Overigens zijn er recent berichten in de pers verschenen dat de Alleco Group problemen heeft om de business-case voor zijn project sluitend te krijgen.

Wind op land
Dan is er het provinciale windmolenbeleid. Het rijk en de provincies hebben vorig jaar zomer met elkaar afspraken gemaakt hoe ze er samen voor kunnen zorgen dat in 2020 er in Nederland een totaalvermogen van 6.000 megawatt (MW) aan windenergie op land is opgesteld. Voor de provincie Noord-Holland is een taakstelling van 685,5 MW afgesproken.De provincie is niet van plan de windmolens bij Marken te saneren. Foto: Rineke NeppelenbroekDe provincie is niet van plan de windmolens bij Marken te saneren. Foto: Rineke Neppelenbroek
De provincie heeft twee jaar geleden jaar een ‘Beleidskader Wind op Land’ vastgesteld. Daarin is in feite een bouwstop op de plaatsing van nieuwe windturbines buiten de Wieringermeer vastgelegd. Opschaling van en de bouw van nieuwe windturbines worden gekoppeld aan de herstructurering van bestaande molens. Juridisch heeft de provincies haar beleid vastgelegd in de Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie (PRVS). Voorwaarden voor de plaatsing van windmolens buiten de Wieringermeer zijn onder andere:
-    Bouw of opschalen van één windturbine mag alleen als er tenminste twee andere windturbines verdwijnen.
-    Windturbines moeten geplaatst worden in een lijnopstelling in een windpark van minimaal zes windturbines.
-    Plaatsing van windturbines op minimaal vier maal de ashoogte en minimaal 300 meter afstand van gevoelige bestemmingen.
-    Geen windturbines in kwetsbare gebieden, te weten: weidevogelleefgebied, Ecologische Hoofdstructuur, ecologische verbindingszone, aardkundig monument, Unesco-werelderfgoed en nationaal landschap.

Goede plek
De provincie is nu druk bezig een plan te maken, waarin staat hoe zij de met het rijk afgesproken doelstelling wil bereiken. In april wil zij dat plan bekend maken. Ter voorbereiding daarvan heeft de provincie het ‘Projectplan herstructurering Wind op Land’ opgesteld en voert zij rondtafelgesprekken met allerlei betrokkenen, waaronder de SBW.
De SBW heeft de provincie laten weten dat zij voor duurzame energie is en ook voor de plaatsing van windmolens op land, maar dat die molens wel op de goede plek moeten staan. Het werkgebied van de SBW, de regio Waterland, ligt helemaal in nationaal landschap Laag Holland waarvan landschappelijke openheid een van de kernkwaliteiten is. Daarom is de SBW het eens met de bepaling in de ruimtelijke verordening van de provincie dat plaatsing van nieuwe windmolens in een nationaal landschap niet is toegestaan.
Op onze vraag wat de provincie van plan is met de bestaande windturbines in de regio Waterland (op de dijk naar Marken, bij het Schouw, bij Durgerdam) antwoordde gedeputeerde Jaap Bond dat die molens in het plan dat in april gepresenteerd wordt, niet zullen voorkomen als te saneren windturbines.