3 december 2020 – Dit jaar was een slecht weidevogeljaar. Ondanks inspanningen gaat het al jarenlang niet goed met de grutto, de kievit en de scholekster. Maar er werd ook een Aanvalsplan Grutto gepresenteerd.

 

De agrarische natuurvereniging Water, Land en Dijken (WLD), waaronder de regio Waterland valt, noemde 2020 een ‘zwaar jaar’ met ‘niet rooskleurige weidevogelresultaten’. Terreinbeheerder Landschap Noord-Holland spreekt zelfs van ‘een extreem slecht weidevogelseizoen’.

ScholekstersScholeksters

Zwaar jaar
Water, Land en Dijken heeft onlangs een uitvoerige terugblik op het weidevogelseizoen 2020 op haar website gezet. Daar zijn per deelgebied de resultaten van het weidevogelbeheer van dit jaar te vinden, die ook worden toegelicht in filmpjes met de veldcoördinatoren.
‘We hebben een zwaar jaar gehad’, schrijft Martine Beijman, de projectleider agrarisch natuurbeheer van WLD. ‘Corona zorgde ervoor dat het contact met boeren en vrijwilligers minimaal was, de extreme droogte vroeg veel van de overtuigingskracht van veldcoördinatoren en de bereidheid van boeren om water op het land te zetten, en het landelijk weidevogelresultaat was ook niet rooskleurig.’

Lichtpuntjes
Maar het is niet allemaal kommer en kwel. ‘Er zijn gelukkig lichtpuntjes’, aldus Beijman. ‘Ondanks de droogte en hoge predatie, hebben veel agrariërs tijdens de droogte de weidevogels te hulp geschoten door hun greppels vol te laten lopen met water. Ook werden er meer plasdrassen gecreëerd en die werden vervolgens langer nat gehouden. Bij deze greppels en plasdrassen hadden de pullen van de weidevogels door deze nattere omstandigheden toch genoeg voedsel om op te groeien.’
Ook heeft WLD de Gouden Grutto Pul weer uitgereikt, zoals ieder jaar in november, aan een boer die zich verdienstelijk maakt voor het weidevogelbeheer. Dit jaar ging de trofee naar melkveehouder Dennis Smit in Ursem. ‘Kruidenrijk grasland, ruige mest en laat maaien zorgen ervoor dat veel van de kuikens vliegvlug worden’, schrijft op haar website. Smit heeft zelfs broedplanken voor scholeksters in de sloten geplaatst.

Melkveehouder Smit met de Gouden Grutto Pul 2020Melkveehouder Smit met de Gouden Grutto Pul 2020

Extreem slecht
Landschap Noord-Holland geeft op haar website haar verklaring voor wat zij ‘dramatisch’ en ‘extreem slecht’ weidevogeljaar noemt.
‘De basis van het probleem is natuurlijk dat het ouderwetse agrarische landschap waar het voor weidevogels goed toeven was, grotendeels verdwenen is. Dat waren gebieden waar de weidevogels geen boswachter voor nodig hadden. Weidevogels als grutto, kievit en tureluur concentreren zich nu in door natuurbeschermingsorganisaties en agrariërs speciaal op weidevogels beheerde gebieden. Maar ook in die gebieden was het door een gebrek aan neerslag droger dan normaal, waardoor er minder bloemrijke kruiden en insecten waren. De jongen hadden simpelweg weinig te eten. En ook de wormen zaten door de droogte diep in de grond en waren onbereikbaar voor de oudervogels.’
Omdat het vorig jaar een goed muizenjaar was, konden vossen en marterachtigen dit jaar veel jongen groot brengen en daar plukten de weidevogels de wrange vruchten van. Landschap Noord-Holland pleit voor effectiever beleid tegen predatoren.

Aanvalsplan
De slechte weidevogelresultaten zijn niet van vandaag of gisteren is en niet beperkt tot Noord-Holland. Uit de in oktober verschenen Boerenlandvogelbalans 2020 blijkt dat de achteruitgang van de vogels van het open boerenland al sinds 1990 in heel Nederland aan de gang is.
Het was dan ook niet toevallig dat midden november oud-minister Pieter Winsemius samen met een aantal natuurorganisaties het Aanvalsplan Grutto presenteerde. Winsemius en de zijnen willen dat de weidevogelprovincies samen met boeren en natuurorganisaties de beste gebieden voor weidevogels selecteren. Circa dertig gebieden van elk zo’n 1000 hectare en voor ieder gebied moet een eigen aanpak worden opgesteld. ‘Om succesvol te zijn in deze gebieden is een hoog waterpeil nodig, moet de veedichtheid omlaag en is aangepast agrarisch beheer nodig waarbij laat in het seizoen wordt gemaaid, ruige mest gebruikt wordt in plaats van drijfmest en de weilanden kruidenrijk zijn. Per gebied moet gekeken worden hoe de predatiedruk teruggebracht kan worden.’
Voor de boeren kan dat allemaal aantrekkelijk gemaakt worden middels een hogere beheersvergoeding en langere beheerscontracten dan nu het geval is, lagere waterschapslasten en een plus op de melkprijs. Het plan vereist van de rijksoverheid een eenmalige investering van 35 miljoen over meerdere jaren én een jaarlijkse investering van 40 miljoen euro.