1.jpg
2.jpg
3.jpg
previous arrow
next arrow

24 november 2014- Tijdens het derde WaterlandBeraad op 19 november  discussieerden boeren en burgers met elkaar onder leiding van Klaas Breunissen van de Stichting Behoud Waterland over de afschaffing van het melkquotum per 1 april 2015. Wat zijn de gevolgen voor de melkveehouderij én voor natuur en landschap in de regio Waterland? Dreigt een ramp of is het een kans? Er was een grote opkomst en de sfeer in de zaal van Het Weeshuis te Monnickendam was goed.

Voor de pauze werden inleidingen gehouden door Frits van der Schans (adviseur van het Centrum voor Landbouw en Milieu, CLM), Sjaak Hoogendoorn (voorzitter van de agrarische natuurvereniging Water, Land & Dijken), en Alexandra van Staaveren (agrarisch specialist van Staatsbosbeheer). Daarna volde een geanimeerde discussie.Inleiders v.l.n.r Alexandra van Staaveren, Frits van der Schans en Sjaak Hoogendoorn in gesprek met de aanwezigen

Dreigende industrialisering
Van der Schans denkt dat afschaffing van het melkquotum zal leiden tot enorme toename van de melkproductie, daling van de melkprijzen, schaalvergroting, intensivering van het gebruik van graslanden en tot overschrijding van milieunormeringen als bedrijven niet grondgebonden hoeven te zijn. In dat geval is de kans groot dat men zich na 2018 vertwijfeld zal afvragen hoe de industrialisering in de melkveehouderij heeft kunnen gebeuren. Hoe moeten dan de problemen worden opgelost? Hij vindt dat de nu nog goede reputatie van de Nederlandse melkveehouderij op het spel staat.
Het CLM pleit daarom voor grondgebonden melkveebedrijven: bedrijven die de mest van hun koeien op eigen land gebruiken en het meeste voer van hun eigen land halen.  Grotere bedrijven moeten meer grondgebonden worden.

Verschillende verdienmodellen
Hoogendoorn denkt dat het zo’n vaart niet zal lopen in Waterland. ‘Er is in Waterland een speciale cultuur en dat blijft wel zo.’ Bijna alle bedrijven zijn volledig grondgebonden en 80% daarvan zal hun koeien in de wei laten grazen.
Eén derde van de bedrijven zal stoppen. De grond daarvan zal naar de andere bedrijven gaan. Eén derde van de bedrijven zal intensiever worden: de ruwvoerproductie wordt gemaximeerd door vroeger en vaker te maaien en enkele bedrijven zullen een beetje voer van elders aankopen. Nu wordt er mest het gebied ingevoerd. Dat zal in de toekomst niet meer gebeuren. De mestproductie zal toenemen maar deze kan binnen het gebied worden gebruikt. Er zullen grotere stallen komen. ‘Op dit moment zitten nog maar 20% van de nieuwe stallen in de pijplijn,’ aldus Hoogendoorn. ‘De rest staat er al.
Hoogendoorn pleit voor bedrijven met verschillende verdienmodellen, waaronder bedrijven die leven van melk én agrarisch natuurbeheer of van de zorgboerderij. Daardoor zal Waterland geen ‘industrielandschap’ worden.

Weidevogels
Alexandra van Staaveren verwacht dat de trend van intensivering en schaalvergroting door de afschaffing wordt versterkt. Dat gaat ten koste van de natuur, de weidevogels en het landschap. Volgens Van Staaveren gaan de melkveehouderij en het weidevogelbeheer niet goed samen. Zij stelt dan ook de vraag of er wel melkveebedrijven in weidevogelgebieden moeten zijn.
Zij heeft de volgende aanbevelingen voor de melkveesector: 1) Verplicht grondgebondenheid, 2) Beloon duurzaamheid, 3) Melkveehouders moeten beter luisteren naar de markt (dierwelzijn, koe in de wei), 4) De consument moet in actie komen, en 5) Betere handhaving van de wet- en regelgeving.

Waterpeil
Na de pauze brandden de vragen los. Daaruit sprak duidelijk de bezorgdheid van velen over het behoud van de bloemrijke graslanden en de weidevogels.
Hoogendoorn begreep hun zorg.  Hij bevestigde dat intensivering van het gebruik van de graslanden ten koste gaat van het weidevogelbeheer. Maar ook op een intensief bedrijf is weidevogelbeheer mogelijk, namelijk  op delen die de functie natuur krijgen. (Jonge) boeren staan daar open voor. ‘Dan zal daar ook het waterpeil omhoog moeten,’ werd in de zaal opgemerkt. ‘Dat is een voorwaarde voor het behoud van weidevogels.’
Volgens sommigen is het de taak van de overheid om de balans te bewaren. Waterland is nu nog een enorm gewild gebied met bloemrijke graslanden en weidevogels. Het moet geen industrielandschap worden. Geconstateerd werd dat de vrijwilligheid van het agrarisch natuurbeheer een zwakke schakel is. De provincie heeft kerngebieden aangewezen voor weidevogels. Behoud van weidevogels is al overheidsbeleid. Maar agrariërs kunnen niet worden verplicht aan weidevogelbeheer te doen.

Financiële prikkel
Volgens sommige melkveehouders hoeft de afschaffing van het melkquotum geen probleem te zijn. In dit verband merkte Hoogendoorn op: ‘Er is meer aan de hand met weidevogels dan alleen het beheer.’ Ook in het Varkensland is het aantal weidevogels gedaald, hoewel dit Natura2000-gebied extensief wordt gebruikt. In de zaal werd verder opgemerkt dat één derde van Waterland al de bestemming Natuur heeft en dus extensief wordt beheerd.Foto's Nicole Bakker
Hoogendoorn benadrukte nog eens dat een financiële prikkel absoluut nodig is om boeren te stimuleren iets aan agrarisch natuurbeheer te doen. Tot op heden worden zij alleen gecompenseerd voor kosten of gederfde inkomsten. Volgens Van Staaveren is zelfs een ‘grote peen’ nodig om boeren over de streep te trekken. Misschien is het behoud van weidevogels alleen te organiseren met natuurbeherende organisaties. Ook Frits van der Schans meent dat ‘weidevogelbeheer gewoon geld kost’.
De provincie NH zal de komende jaren niet meer geld investeren in weidevogelbeheer. Het geld zal wel effectiever worden ingezet, alleen in weidevogelkerngebieden. In dit verband merkte Frits van der Schans op dat hoeveel geld nodig is de laatste motivatie zou moeten zijn. Boeren moeten zich bewust zijn dat ze iets voor de weidevogels kunnen doen. Het is ook leuk. Daarvoor moeten ze worden gewaardeerd.

Ammoniakuitstoot
Tot slot werd er nog eventjes gediscussieerd over de ammoniakuitstoot. De overheid heeft de stikstofnormen nog niet vastgesteld. Veel bedrijven weten daardoor niet in hoeverre ze kunnen uitbreiden. Groei in de nabijheid van een aantal Natura2000-gebieden is bijna niet mogelijk vanwege de gevoeligheid van o.a. veenmosrietlanden voor stikstof.
Als het aantal koeien stijgt neemt de ammoniakuitstoot toe. Weidegang is gunstig voor beperking van de ammoniakuitstoot omdat de plas meteen in de grond verdwijnt.

Vervolg
De weidegang, grondgebondenheid van agrarische bedrijven, het behoud van bloemrijke graslanden en de weidevogels staan onder druk in Waterland. De ontwikkelingen zijn (deels) afhankelijk van de wet- en regelgeving en de handhaving daarvan. Op 25 november stemt de Tweede Kamer over het ontwerp van de Melkveewet. Daarna zal er nog veel meer moeten worden geregeld en vastgesteld. Gezien de enorme belangstelling voor deze ontwikkelingen heeft de SBW toegezegd een nieuwe avond hierover te organiseren.

1.jpg
2.jpg
3.jpg
previous arrow
next arrow